Delen
Emma: “Ik zat op een gegeven moment in de bus naar mijn werk. En het was wat stormachtig buiten, een beetje, ja, een beetje herfstweer. Het regende wat. En ik zat achterin de bus, vrij achterin en er stapt een vrouw in de bus bij een bushalte en die had haar haar in een klem zitten. Ja, dat zou ik ook doen als het stormt. En ze stapt in de bus en het was half losgewaaid, dus ze doet het weer vast in die klem. Heel gewoon allemaal. En ik zit een paar rijen achter haar en ik zie dat gebeuren en ik denk van, dat wil ik ook, waarom doe ik mijn haar niet in een klem?”
Angelique: “Aan het woord is Emma Laurijssens van Engelenhoven. Zij is transgender, geboren in een jongenslichaam. Op deze stormachtige dag valt voor haar niet langer te ontkennen dat ze als vrouw wil leven.”
“Dit is ‘Komt een mens bij de dokter’ En ik ben Angelique Houtveen. In deze podcast horen we verhalen uit de spreekkamer. Intieme, ontroerende en opzienbarende verhalen. Van mensen die lang niet altijd de hulp krijgen die ze nodig hebben.Want wat gebeurt er eigenlijk als een transpersoon voor het eerst aanklopt bij een arts? Deze aflevering ontmoet ik Emma. Als transvrouw heeft zij een lange weg afgelegd voordat ze helemaal zichzelf kon zijn.”
“En Emma, hoe heette jij vroeger?”
Emma: “Tsja, dat vind ik een moeilijke vraag. Want hoe ik vroeger heette, ja, dat is vroeger. Dus ik houd het erop dat ik dat eigenlijk liever niet vertel, want dat is achter me en ik ben wie ik nu ben. Ik ben Emma.”
Angelique: “Tijdens haar jeugd weet ze niet dat er een woord bestaat voor wat zij is. Laat staan dat ze ooit heeft gehoord van de officiële term: genderdysforie. Ze heeft geen idee dat ze ervoor naar de dokter kan, waar zij mee worstelt. Dat er medisch specialisten zijn die haar kunnen helpen, mentaal en fysiek. Emma kent niemand die transgender is, heeft niemand om zich heen aan wie ze zich kan spiegelen. Als puber koopt ze met kloppend hart een panty. Het voelt goed én het voelt alsof ze iets verkeerd doet.”
Emma: “Ik schaamde me dood, ik wilde dat toch niet laten merken, laten horen. Ik heb op een gegeven moment na dat ontdekken van die panty er zelf eentje gekocht en die onder mijn broek aangetrokken. Maar wel sokken hoog opgetrokken, dat niemand het zou zien. En op een gegeven moment ontdekte ik dat er in één van die sokken een gaatje zat en dat je er tussendoor zag en daar schrok ik heel erg van. En dan toch maar weer niet. En dan gooi je het weer weg. En daarna koop je het weer, en dan gooi je het weer weg. En je koopt steeds meer en je gooit ook steeds meer weg.”
Angelique: “Emma groeit op in Alblasserdam, een zwaar christelijk dorp in Zuid-Holland, met op elke straathoek een kerk. Ze heeft lieve ouders, een zus die drie jaar jonger is. Het gezin komt ‘van buiten’ – uit Rotterdam – en is zelf niet streng christelijk. Wie ben ik? Bij wie hoor ik? Emma heeft haar hele jeugd gezocht en getwijfeld.”
Emma: “Ik zat in Dordrecht op school en in Papendrecht zat een grote bibliotheek, veel groter dan bij ons. En daar stond zo’n foldermolentje met voorlichtingsmateriaal, Postbus 51. En daar stond een foldertje tussen, Voor jongens die van jongens houden. Ik denk van nou, misschien is dat wel iets van mij. Maar dat stond tegenover de uitleenbalie en ook Papendrecht is een nogal christelijk dorp. En daar zaten allemaal van die dames met grijs haar in een knotje. Voor mijn gevoel kwamen ze rechtstreeks uit de kerk, die zaten daar achter de balie. En ik durfde dat foldertje niet te pakken, dus ik ben denk ik wel vier, vijf keer langs de balie, langs dat foldermolentje gelopen. En de bibliotheek in, in een boek gesnuffeld, weer naar buiten toe. Toch maar weer terug, totdat ik uiteindelijk dat foldertje durfde te pakken. Stel je voor dat ze het zouden zien. Dus ik heb dat foldertje gepakt, gauw in mijn tas gestopt, naar huis gefietst. En dat was een foldertje, dat ging over veilige seks. En ik kon me daar helemaal niet in verplaatsen. Ik kon me helemaal niet voorstellen dat ik dat ooit zou doen, seks hebben met een jongen, als jongen.”
Angelique: “Het foldertje verdwijnt in de prullenbak. Het gaat niet over haar. De verwarring blijft. Emma deelt haar problemen met niemand. Haar ouders hebben geen idee. Ze zoekt geen professionele hulp. Tijdens haar jeugd heeft ze niet één keer bij de huisarts gezeten, of een andere zorgprofessional bezocht om over haar worsteling te praten. Ze weet niet hoe ze hulp moet vragen voor iets wat ze nauwelijks kan benoemen.”
“Had jij voor die tijd wel al eens geprobeerd, met of man of vrouwen te zoenen, of experimenteren?”
Emma: “Niet geprobeerd. Er was ook gewoon niemand in mijn buurt. Ik was nog nooit bij iemand dicht in de buurt gekomen om dat überhaupt te doen. En dat verbaasde me vreselijk. Het frustreerde me ook wel, van waarom nou niet? Iedereen om me heen kreeg relaties en probeerde wel eens wat en ik had helemaal niks en dat vond ik raar. Hoe zit dat dan? Er was een andere verwarring. En die ging over mezelf. Wat ben ik nou eigenlijk zelf? En ik had eigenlijk niet het idee dat ik bij de jongens hoorde. Maar dat ik dan misschien een meisje was, dat kwam niet in me op.”
Angelique: “Op school hoort ze nergens bij. Ze wordt niet gepest en heeft wel een vriendengroepje, maar ze voelt zich altijd alleen, anders. Als ze wordt uitgenodigd om lid te worden van de Nederlandse Jeugdbond voor Geschiedenis, zegt ze meteen ja. Niet dat geschiedenis haar zo boeit, maar misschien vindt ze hier aansluiting. Bij de Jeugdbond wordt ze voor het eerst verliefd, op een meisje.”
“En hoe voelde dat, want dat was in principe traditionele manvrouwrelatie?”
Emma: “Ja, dat was wel geruststellend. Het stelde me gerust. Van oké, dan is alles gewoon normaal eigenlijk. Ik heb toen ook, wat ik aan niet-mannenkleding verzameld had, heb ik weggegooid. Zo van, dat heb ik niet meer nodig nu. Dat kan weg. Het hoeft niet meer.”
Angelique: “Een korte periode kan ze zichzelf wijsmaken dat ze een heterojongen is met een heterovriendin. Dat er met haar niks aan de hand is. Emma woont nog altijd in Alblasserdam en haar vriendinnetje in Maastricht. 175 kilometer scheiden hen. Een romantische liefde op afstand.”
Emma: “Op een gegeven moment ging het zo ver dat ik ’s middags met de post een brief kreeg van haar en ik schreef diezelfde middag heel gauw een brief terug en dan stapte ik op de bus naar Rotterdam Centraal, want daar zat het hoofdpostkantoor, het expeditiepunt, en daar werd de post nog om tien uur ’s avonds meegenomen. En dan ging ik daarna naar huis toe en dan had zij weer de volgende dag een brief terug. En dat was wel een hele bijzondere tijd.”
Angelique: “Emma heeft goede hoop dat de verwarring achter haar ligt. Haar zoektocht is ten einde gekomen, vertelt ze zichzelf. Ze valt niet op jongens, maar op meisjes. En daarmee heeft ze het antwoord gevonden op de vraag wie ze is. Tot ze samen met haar vriendin carnaval gaat vieren in Maastricht. Na een weekend feesten is het tijd om afscheid te nemen.”
Emma: “Ik was in Maastricht en ik moest naar huis toe en het begon te sneeuwen en het werd koud. En ik had niet echt hele dikke winterkleren bij me en het werd steeds kouder, het begon harder te sneeuwen. En op een gegeven moment kreeg ik de tip van joh, doe een maillot onder je broek aan. Dus we stonden bij de bushalte en ik met die maillot onder mijn broek en dat voelde goed, maar het hoorde niet. En sowieso stonden er bij de bushalte allerlei mensen te verkleumen in hun Carnavalskleren. Dus ik was blij dat ik dat gedaan had, want het was ook lekker warm, die maillot, onder mijn broek, maar het was ook om meer redenen prettig. Dus ik had net, toen we elkaar leerden kennen, alles weggegooid en toen dat weer.”
Angelique: “En wat, dat moment, heb je dat met haar besproken, dat jij voelde- Je had die maillot aan, iets voelde anders?
Emma: “Ik heb dat niet op die manier besproken. Maar de smoes van dat is lekker warm onder je broek, dat is altijd wel een smoes van me gebleven. En ik heb dat dus eigenlijk heel lang volgehouden. Tot het zomer werd, toen had ik een probleem. Toen ging die smoes niet meer op. De relatie is uiteindelijk na een jaar of vijf, zes stukgegaan, gewoon omdat we allebei een andere kant op groeiden.”
“En toen. Toen het uit ging, ik was toen 26 bijna eigenlijk, toen had ik zoiets van, nu moet ik echt wel op zoek naar hoe dat nou precies zit met mij en met het anders zijn en toen kwam ik er inderdaad wel langzaam achter dat het helemaal niet in de seksualiteit zat. Maar dat het in mijn gevoel voor gender zat. Ik deed heel erg mijn best om een jongen te zijn, om een man te zijn, maar dat lag me helemaal niet. Dat ging niet goed. Ik had nog steeds niet heel veel voorbeelden. Wat ik toen aan voorbeelden had, dat waren travestieten, drag queens, dat soort dingen. Alles wat met show te maken had en daarvan wist ik, dat ben ik niet, zo zit dat niet, dat hoort niet bij mij. Dus dat maakte het wel lastiger, dat beeld, het waren de enige beelden nog steeds die er waren.”
Angelique: “Het woord transgender bestaat nog niet. Transseksueel. Maar dat klinkt zo zwaar, vindt Emma. Die term duwt ze van zich af. Ze ontdekt postorderbedrijven. Nu kan ze ongezien vrouwenkleding uit een catalogus bestellen.”
Emma: “Ik durfde niet aan te vinken van meneer. Dus ik vinkte aan mevrouw Laurijssens. En dan kreeg je die dingen opgestuurd, aan mevrouw Laurijssens, en dat voelde heel goed.”
Angelique: “Als de geschiedenisvereniging het jaarlijkse themafeest organiseert, besluit ze om zich samen met haar vriendengroepje te verkleden als The Addams Family. Geen van de jongens wil Morticia spelen, de vrouwelijke rol. Emma grijpt haar kans.”
Emma: “En toen zei ik meteen, o, doe ik wel! Dat durf ik wel, ja hoor. Dus dat ben ik gaan doen en ik kreeg zo veel positieve reacties eigenlijk, dat ik dat durfde. Ik vond het wel heel fijn dat mensen zo reageerden, dus dat gaf me wel een zetje om verder te gaan, om daarna ook, met wat ik gekocht had inmiddels en verzameld had, om daar een beetje, in ieder geval binnen die groep mensen me meer te laten zien.”
Angelique: “Ze krijgt een nieuwe vriendin, een vrouw met twee kinderen uit een eerder huwelijk. Emma besluit zo eerlijk mogelijk te zijn.”
Emma: “Ik vertelde wel hoe ik ongeveer in elkaar zat. Dat ik transgender ben, dat durfde ik voor mezelf nog niet toe te geven, maar ik wist wel, ik moet die kant op. En zij had zoiets van ja, wacht maar, de kinderen zitten hier aan de overkant op school. Op het moment dat wij echt een relatie krijgen, ja, wat vindt de buurt daarvan? Hoe reageren die daarop en worden de kinderen niet gepest? En ik kon me dat zo goed voorstellen. Dus we hebben samen daar lang over gepraat en gezegd, weet je wat, we stoppen het weg, misschien gaat het wel over. Achteraf gezien had ik dat nooit moeten doen. Dat is het stomste wat ik heb kunnen doen.”
Angelique: “Wat zijn de consequenties geweest van dat wegstoppen?”
Emma: “Het heeft zeker bijgedragen aan een heel groot gevoel van onzekerheid. En het continu het jezelf niet laten zien. Het continu doen alsof je iemand anders bent. Als ik iemand een mailtje stuurde, dan moest ik daarover nadenken. En dan schreef ik een zin altijd vijf keer opnieuw, dan dacht ik er altijd bij na van, is dit wel mannelijk genoeg? Je bent wel continu bezig met doen alsof je iemand anders bent. En daar word je heel bedreven in hoor, dat wel. Maar heel veel dingen kosten wel moeite. En op het moment dat dat niet meer hoeft, dan merk je hé, wat gaan dingen eigenlijk makkelijk.”
Angelique: “Emma trouwt met haar vriendin. Ze gaan als man en vrouw door het leven en voeden samen de kinderen op. Voor de buitenwereld zijn ze een heteroseksueel stel.
“Wat was het moment na al die jaren dat wegstoppen, jezelf wegstoppen eigenlijk, dat je dacht, ik kan dit niet meer?”
Emma: “Het wegstoppen dat is me ongeveer de eerste zeven jaar pakweg gelukt, met wat kleine hobbeltjes, maar dat ging wel. Op een gegeven moment kregen we zelf kinderen, eigen kinderen. En daarna werd het steeds moeilijker. Dat is ook een vermoeiende periode. We kregen een tweeling. Er kwam zo veel op ons af, er gebeurde zo veel. En ik merkte dat ook daardoor het ja, het wegstoppen steeds meer moeite kosten. Ik had af en toe gewoon momenten voor mezelf nodig om eventjes, ja, een soort van mezelf te zijn. En ik had een paar schoenen gekocht ergens en die had ik achter in de auto liggen. En die ontdekte mijn partner toen. En daar kregen we vreselijke ruzie over, want ja, je had dat toch weggestopt? Ik denk van ja, ik had het weggestopt, maar het lukt me niet. Dit is een onderdeel van mij. En ik wil best heel erg mijn best doen om er niet al te veel aandacht aan te besteden, maar het is gewoon een onderdeel van mij. En toen heb ik voor het eerst hulp gezocht.”
Angelique: “Emma is bang dat haar huwelijk zal stranden, en daarmee alles waar ze zo hard voor heeft gewerkt: een traditionele relatie, een gezin. Ze verzamelt moed en gaat naar de huisarts.”
Emma: “Ik heb toen wel gezegd van ja, ik heb wat gevoelens als ja, als vrouw. Of in ieder geval, in een vrouwelijke richting. Ik voel me best wel niet heel erg mannelijk. En hij heeft dat aangehoord en hij zegt van ja, ik kan daar niet zo gek veel mij, zegt hij. Maar ik zeg, kun je me dan niet doorverwijzen naar een psycholoog of zo? Met die psycholoog kon ik er wel over praten en we hebben er goede gesprekken over gehad. Maar eigenlijk was het doel meer dat ik dan met mijn partner erover kon praten. En dat is nooit van de grond gekomen, want die wilde er eigenlijk, die wist denk ik wel hoe laat het was. Die wilde het daar niet over hebben gewoon, simpel. Dus ik heb na een aantal maanden gesprekken met de psycholoog, toen het moment kwam dat we met z’n drieën zouden gaan spreken, ja, is daar een punt achter gezet. En toen hebben we twee jaar nog doorgesukkeld eigenlijk in de relatie.”
Angelique: “Zonder hulp?”
Emma: “Zonder hulp. En die relatie was al niet zo goed meer. En dat hield in 2012 op. En daarna was het moment, toen ik wist van oké, dit komt ook gewoon nooit meer goed, toen heb ik gedacht van oké en nu is het tijd voor mezelf. Maar ja, toen had ik alles zo lang weggestopt, toen heb ik best wel weer een half jaartje moeten zoeken van, hoe zit ik nou in elkaar, wat wil ik nou? Ga ik nou echt een traject in, ben ik nou honderd procent vrouw, of vijftig procent, of twintig procent? Ik bedoel, dat bestaat allemaal, hè.”
Angelique: “En deed je dat met hulp, dat zoeken?”
Emma: “Ik deed dat in ieder geval met hulp van een hele goede vriendin. Daar heb ik heel veel aan gehad. En ja, zij was ook degene waar ik op een gegeven moment mee op stap ging. Zomaar op een dag. Ik had altijd zoiets gehad van, misschien is het, moet ik het wel voorzichtig aan doen, moet ik wel oppassen, niet te grote stappen maken, dus niet meteen in jurkjes gaan lopen. Maar voorlopig het eerst houden op broeken, leuke topjes. Dat heb ik toen gedaan. Maar toen ik op een gegeven moment wel een heel leuk jurkje zag, wel veel te kort, maar wel een heel leuk jurkje, ben ik op een gegeven moment met haar daarmee op stap geweest. We hadden allebei in Leiden gewoond en we waren er allebei al heel lang niet meer geweest. Weet je wat, we gaan daar weer eens kijken, wat er allemaal veranderd is. En we hebben een stuk door Leiden gelopen, ik daar in dat jurkje. En zij naast me. Ik had me eigenlijk voorgesteld dat ik me daar heel erg ongemakkelijk bij zou voelen. Ik had wel het gevoel dat ik af en toe aangekeken werd, maar zij was daarop aan het letten, hoeveel mensen zien dat nou eigenlijk? En ze zegt van ja, eigenlijk werd je helemaal niet zo nagekeken, dat viel ontzettend mee. En dat was voor mij een gevoel van ja, je moet eigenlijk gewoon toegeven, ik moet niet- Het zit bij mij niet half-half. Dit is wie ik ben.”
Angelique: “Deze positieve ervaring motiveert Emma steeds een stap verder te gaan.
Emma: “Op mijn werk, was ik ook al aan het veranderen. Ik was steeds minder mannelijk naar mijn werk aan het gaan, dus daar heb ik het als eerste verteld, ik voel me nu anders. En dat was ook weer een zetje om echt hulp te gaan zoeken. Meestal gaan mensen eerst hulp zoeken en dan pas, langzamerhand de omgeving inlichten. En ik had dus de rare situatie dat ik, op m’n werk was ik al mezelf, was ik al Emma en toen moest ik nog echt hulp gaan zoeken. En toen moest ik ook wel, toen kon ik ook niet anders meer.”
Angelique: “Want opeens was die zekerheid er wel?”
Emma: “Die zekerheid was er. En het was ook niet zo dat ik niet terug durfde, maar ik hoefde niet meer terug. Dus ja, de enige weg was vooruit. En ik ben op internet gaan zoeken, uiteraard. En het eerste wat ik eigenlijk zo’n beetje tegenkwam, was een internetforum voor transgenders en daar ben ik lid geworden. En daar kwam ik binnen en daar was alle informatie. Zo van oké, je kunt daarnaartoe, je kunt je aanmelden in Amsterdam bij het Genderteam. En daar waren allerlei mensen die me begrepen en ik begreep hen. En ja, dat was wel een openbaring. Dat was eigenlijk de allereerste hulp die ik had.”
Angelique: “Emma is dan halverwege de 40. Ze wil definitief als vrouw door het leven. Ze zoekt professionele hulp en vertelt haar verhaal. Eerst opnieuw aan de huisarts, waar ze een doorverwijzing krijgt voor het Genderteam in het VU-ziekenhuis in Amsterdam. Dan aan een nieuwe psycholoog. Daarna aan een genderpsycholoog. Het is begrijpelijk dat specialisten zorgvuldig zijn, zeker willen weten of de patiënt sterk genoeg in haar schoenen staat. Of Emma mentaal opgewassen is tegen wat haar te wachten staat. Of er twijfels zijn. Want hormoonbehandelingen hebben een blijvend effect. En na een geslachtsveranderende operatie is er geen weg meer terug. Maar Emma heeft in haar hoofd die stappen al gezet. En nu ze eindelijk zover is, moet ze de medische wereld zien te overtuigen.”
Emma: “Ik wist wie ik was. Het was niet zo dat ik de psycholoog nodig had om mij te vertellen wie ik was. En het bleek dus dat hij ook wel kon doorverwijzen naar een extern gesprek met een psychiater en daarna in ieder geval naar een arts die hormonen kon voorschrijven. En dat betekende weer dat ja, dat de kans op kaal worden en zo, dat dat voorbij zou zijn. En dat was eigenlijk waar ik op dat moment heel erg naar uitkeek en wat ik heel erg belangrijk vond. Mijn huisarts, ja, ook daar zat natuurlijk heel veel tijd tussen. Want je hebt wel gesprekken met een psychologe, daarna moet je naar een internist door die dan weer hormonen kan voorschrijven. Daar gaat allemaal tijd overheen. Dus ik heb mijn huisarts ondertussen wel gevraagd van ja, ik heb gehoord dat dat en dat middeltje heel goed werkt tegen kaalheid. Dat is een medicijn en dat kon hij gewoon voorschrijven. In de tijd dat ik moet wachten op die hormonen, zou ik dat graag willen hebben. Want ik moet er niet aan denken dat ik straks met veel minder haar een traject in ga dan dat ik nu heb. Ik wil het graag houden. En mijn huisarts die zei toen van ja, maar goed, ja, ik ben huisarts, ik ben geen specialist en dan ga ik je dat voorschrijven en daar kan ik niet aan beginnen.”
Angelique: “Dus daar stuitte je op weerstand?”
Emma: “Ja, op heel veel weerstand, heel veel onbegrip ook. Er zitten overal, voor je gevoel, mensen die aan het beoordelen zijn of je eigenlijk wel transgender bent. In het echt is dat niet helemaal zo, maar die indruk wordt ook niet weggenomen. Het hele idee, je hebt het hele traject het idee dat je gekeurd wordt, ben je wel transgender genoeg? Ze willen weten of er ook andere dingen aan de hand zijn. Ze willen kijken of je sterk genoeg bent om het traject in te gaan. Dat is op zich niet zo gek dat ze dat willen weten, maar ja, je hebt er wel mee te maken. Je zit daar wel elke maand en dan zes, zeven maanden lang, zit je met een psycholoog tegenover je die van alles van je wil weten. Ook over seksualiteit, ook ja, het gaat heel ver. Het gaat echt heel ver, wat ze van je willen weten. Terwijl ik, ja, ik wilde verder. Ik wist wat ik was, ik wist wat ik moest.”
“Het is een ontzettend frustrerend iets uiteindelijk. En ik heb het nog makkelijk gehad. Maar weten dat je niet jezelf bent, dat je een leven leeft dat niet bij jou hoort, nou ja, daar krijg je best wel een klap van. En dat je ervoor zorgt dat mensen die daar hulp bij nodig hebben, dat die die hulp krijgen, dat is hartstikke goed. Ik verwachtte van hen dat zij zouden kunnen vertellen of ik sterk genoeg zou zijn om verder te gaan, maar dat wist ik eigenlijk al. En dat ze gewoon snel over zouden gaan tot een vervolgtraject, tot een medisch traject. En dat bleek helemaal niet het geval. Ik heb uiteindelijk acht gesprekken van een uur gehad daar die voor mijn gevoel op zich wel nuttig waren, maar die gingen helemaal niet over mij of wat ik voelde. Na verloop van tijd, dat ging vooral meer over die relatie die voorbij was, die scheiding die in volle gang was. En dat vond ik zelf niet zo nodig. Ik zat daar voor mij. En ik had meer zoiets van nou ja, oké, die verplichte keuringen, vooruit, schiet nou maar op.”
Angelique: “Had je het gevoel dat ze jou als mens zagen, jou?”
Emma: “Nee. Ik had echt het gevoel van nou ja, ik kom hierbinnen en ze moeten hun lijstje afwerken. Ik kan heel goed over mezelf beschikken. En als ik aanvullende hulp nodig heb, natuurlijk is het fijn als ze daar op een gegeven moment op wijzen, als ze zeggen van nou, het lijkt me verstandig als je dat en dat nog doet. Maar ja, ik wist voor mezelf dat ik dat niet nodig had. Ik heb het ook niet nodig gehad uiteindelijk.”
Angelique: “Wat had je nodig?”
Emma: “Ik had vooral bevestiging voor mezelf nodig van oké, dit klopt, dit ben ik. En ik wil die hormonen. Ik wil mijn haar houden, ik wil ervoor zorgen dat ik een klein beetje borsten nog kan krijgen misschien. En daar zat ik heel erg mee. Je zit heel erg met hoe je eruitziet, met hoe je overkomt. Die eerste diagnose, daar hangt zo veel vanaf. Daar hangt vanaf of je je gezichtsepilatie vergoed krijgt van de verzekering, dat soort dingen allemaal. Er hangt vanaf of je uiteindelijk je hormonen krijgt, of je uiteindelijk door mag naar de volgende chirurg.”
Angelique: “En wat was die diagnose toen?”
Emma: “Nou ja, er bestaat een diagnose genderdysforie, dat is de officiële term. En op basis daarvan kun je dingen vergoed krijgen uit de zorgverzekering. En daarvoor niet. Ben je continu bezig met bewijzen wie je bent. En dat je bent wie je bent.”
Angelique: “Emma krijgt de officiële diagnose. Groen licht: ze kan de langverwachte geslachtsveranderende operatie ondergaan. Maar uiteindelijk besluit ze dat ze de operatie niet in Nederland, maar in Thailand wil ondergaan.
Emma: “Dat lag aan de manier waarop zij de operaties hier doen. Een beetje, ja, geslachtsoperatie op de klassieke manier, een beetje bot gezegd, ze keren de boel binnenstebuiten. En dat is best wel een veilige manier, maar ja, het geeft toch een net iets ander resultaat. Wat ja, het ziet er wat minder natuurgetrouw uit. En nou zit ik echt niet de hele tijd naar beneden te kijken, maar ja, je wil wel dat het er een beetje echt uitziet. En ik had niet het idee dat de manier waarop zij het destijds deden, dat dat voor mij een bevredigend resultaat zou geven. Dat ik daar blij mee moet zijn. Ik moet er wel de rest van mijn leven mee doen. En je kunt het maar een keer doen. Ik wist dat er, behalve dan dat er in Thailand bij hele rare kliniekjes hele rare dingen gebeuren, ook een aantal chirurgen zijn die gewoon de beste van de wereld zijn op dit gebied.”
Angelique: “Het lukt Emma om te regelen dat ze naar Thailand kan voor de operatie. En hoe, wat was het moment dan- Je staat dan in zo’n vertrekhal op Schiphol om dat te gaan doen, wat voelde je daarbij?”
Emma: “Tja, ik heb altijd getwijfeld of ik die hele operatie nodig had. Tenminste, ik heb lang getwijfeld. Ik bedoel, dat is niet het einddoel. Het doel is om jezelf te worden, om gewoon te kunnen zijn wie je bent. En wat er in je onderbroek zit, dat ziet niemand. Dat heeft niemand in de gaten. Dat is hoogstens ongemakkelijk als je naar het zwembad gaat, of naar een sauna gaat, dat soort dingen. Maar wie ik ben, ja, dat is uiteindelijk mijn doel geweest. Dat ik hier zit en dat ik zo met jou zit te praten. Dat is het. En niet die operatie. Dat is bijzaak, dat is iets van mij. Maar ja, uiteindelijk besluit je toch om dat te gaan doen. En dan ga je inderdaad naar Schiphol en dan neem je afscheid van je ouders en je familie en dan denk je nog eventjes van, wil ik dat nou ook alweer? Maar ja, dan ben je de incheckbalie voorbij en dan ben je alles voorbij en dan zit je te wachten en dan denk je oké, nu kan ik niet meer terug. Nu gaat het gewoon allemaal gebeuren. En dat geeft zo’n rust.”
“En het is ook goed om te twijfelen. Het is goed om te weten waar je mee bezig bent. Ik krijg die vraag vaker van mensen van ja, maar ik twijfel zo. En weet ik nou zeker- Het is goed om bezig te zijn met wat je nou wil, met wie je bent, wat je wordt. Dat is helemaal niet erg, om te twijfelen. Maar het geeft wel heel erg veel rust om dan de twijfel even kwijt te zijn inderdaad. En dan ga je ernaartoe en je zit zo veel uur in een vliegtuig en je komt aan op de luchthaven, je wordt opgevangen, je wordt opgehaald met een busje en naar je hotel gebracht en je krijgt dan een intake in de kliniek. En dan wordt er gevraagd wat je wilt. En het gebeurt allemaal vanzelf. Jij bent het middelpunt op dat moment. Het gaat om jou. En dat is zo prettig. Dus je gaat daarnaartoe en je krijgt een intake bij de chirurg, je krijgt een intake in het ziekenhuis, er worden allerlei controles gedaan, gewicht, een bloedonderzoek, hartfilmpjes, alles om ervoor te zorgen dat je ook gewoon weer gezond thuiskomt zoals het hoort, zoals het in een normaal ziekenhuis gebeurt. Eigenlijk kom je in een ziekenhuis terecht dat nog iets beter uitgerust is, wat moderner is dan wat je hier hebt.”
Angelique: “En hoe voelde voor jou dat verschil tussen nou, Nederland in dat hele traject en daar ontvangen worden in Thailand?”
Emma: “Dat is een wereld van verschil. Het gaat om jou. En daar wordt wel gevraagd, wat wil je? Vind je meer diepte belangrijk, wil je heel graag seksueel actief worden, dan is dat een punt natuurlijk. Of moet het er heel mooi uitzien? Of ja, weet je, ik zit ook niet te wachten op een designervagina, maar het zijn wel vragen die je gesteld krijgt daar. En dat speelt hier helemaal niet mee, je mag hier blij zijn dat je de operatie krijgt.”
Angelique: “Je hebt de operatie gehad. En dan word je wakker. Hoe was dat?”
Emma: “Dan word je wakker als uit elke andere operatie. Je zit half onder de morfine, het is- Mensen hebben er altijd zo’n ontzettend romantisch beeld bij van oké, dan word je wakker en dit is het dan. Nou ja, er zijn mensen die dat inderdaad hebben, hè. Ik bedoel, die wil ik echt niet tekortdoen en ze alle geluk van de wereld wensen dat zij dat gehad hebben. Maar heel veel mensen hebben dat niet. Je wordt groggy wakker uit zo’n operatie en het enige wat ik me kon herinneren van die eerste paar dagen, is dat ik gewoon half sliep en dan weer wakker was. Maar daar is eigenlijk heel weinig romantisch aan. Je ligt in een ziekenhuis en je wordt heel goed verzorgd, daar niet van, maar het is toch vooral dat je ja, in een ziekenhuis ligt. En dat is op een gegeven moment wel, na een week of wat wordt er heel veel verband weggehaald. En dan, eigenlijk dan pas wordt er duidelijk wat er aan de hand is en hé, wacht eventjes, er is echt wat gebeurd.”
Angelique: “En wat voelde je toen? Wat zag je en wat voelde je?”
Emma: “Dat is wel een mooi moment, dat er opeens verband weggehaald wordt uit plekken waarvan je niet wist dat je ze had. Want die had je ook nooit. Nee, dat is heel fijn. Dat is heel fijn.
Angelique: “Was dat ook het moment dat je voelde van nou ja, nu ben ik echt Emma?”
Emma: “Nee, want dat was ik al. Ik was al echt Emma. En die operatie heeft daar voor mij niks aan veranderd.”
Angelique: “Amsterdam Groningen zijn de enige plekken in Nederland waar transgenders voor een complete transitie terecht kunnen. Tot ergernis van patiënten én de zorgprofessionals zelf loopt de wachttijd steeds verder op. Toen Emma in Amsterdam aanklopte moest ze bijna een jaar wachten. Inmiddels duurt het anderhalf jaar of langer, voordat het eerste intakegesprek plaatsvindt. Een groot contrast met het ziekenhuis in Thailand, waar ze op de website gewoon een geschikte datum kon uitkiezen.”
“Emma heeft, na al die jaren, nog steeds dezelfde huisarts. Ze kan het goed met hem vinden en ze merkt dat hij begrip heeft voor wie ze is. Zo heeft hij Emma al een paar keer naar doorverwezen naar een gynaecoloog. Toch zou Emma het liefst nooit meer een spreekkamer van binnen zien. Ze wil geen medisch geval zijn en niet langer hoeven te bewijzen wie ze is. Maar ze ontkomt er niet aan.”
Emma: “Je moet continu weer briefjes krijgen en dingen krijgen om dingen vergoed te krijgen. De baardepilatie heb ik nog steeds niet- Ik heb me vanochtend nog steeds geschoren. En dan kun je weer verder. Dan kun je vervolgstappen nemen en dan kun je inderdaad beginnen met baardepilatie. Je kunt na een jaar, als je een best wel grote adamsappel hebt, kun je die kleiner laten maken. Maar ook dan weer, o ja, dan moet er weer beoordeeld worden of die wel groot genoeg is. Want als hij niet groot genoeg is, dan wordt het weer niet vergoed. Dus dan moet je naar de volgende arts, dan moet je naar een kno-arts. Hij zegt van, ik geloof je meteen, maar iedere keer word je weer beoordeeld, iedere keer word je weer gekeurd. Eigenlijk is het mensonterend.”
Angelique: “Voelde dat zo voor jou?”
Emma: “Ja, dat voelt nog steeds zo. Want dan krijg je van je zorgverzekeraar ook een machtiging voor baardepilatie. Nou ja, daar ga je dan- dat ga je benoemen, dan krijg je een machtiging voor tien keer. Of je krijgt een machtiging voor een bepaald bedrag. En als dat op is, die tien keer of dat bedrag, dan moet er weer een nieuwe machtiging gegeven worden. En dan willen ze eerst foto’s zien, of het niet toevallig al weg is. En ik zou die mensen weleens willen vertellen van, dat doet vreselijk veel pijn, überhaupt dat epileren, dat doet gewoon fysiek pijn, dat ga je niet voor je lol doen. Ik heb daar geen zin in, maar het is nodig. Dus iedere keer weer opnieuw.”
Angelique: “En zo zit Emma voor me, zoals ze nu is: 48 jaar, een rijzige vrouw met lang roodgeverfd haar. Nonchalant gekleed in een sportieve sweater en een spijkerbroek. Emma is in 2018 getrouwd met haar grote liefde Eva, ook een transvrouw. Emma en Eva gaven elkaar het ja-woord op Coming-Out Day, om andere transpersonen aan te moedigen hun voorbeeld te volgen.”
“En hoe is het nu met, nou ja, nu met dan dit allemaal ondergaan, hoe is het nu met jou? Hoe voel je je?”
Emma: “Ik voel me prima, ik voel me geweldig. Ik ben mezelf, ik ben niet meer teruggetrokken en verlegen. Ik praat met iedereen. Ik doe mee met de maatschappij. Vroeger stond ik daar altijd een beetje buiten. Ik ben wel een laatbloeier, dus alles wat ik vroeger niet durfde, dat durf ik nu wel. Ik ben sinds een paar jaar ook wat meer politiek actief geworden, ik doe zelfs mee met de Europese verkiezingen. Dat had ik van mezelf nooit verwacht.
Angelique: “Je hoorde Emma Laurijssens van Engelenhoven. Meer weten over deze podcast? Kijk dan op komteenmensbijdedokter.nl. Je vindt hier uitgebreide informatie. Over hoe je de zorg krijgt die je nodig hebt. Door schaamte, onwetendheid en verkeerde aannames krijgen veel mensen die zorg nog niet. Samen kunnen we daar iets aan doen. Laat zien wie je bent, zodat je de zorg krijgt die bij jou past. Deze podcast is een initiatief van de Alliantie Gezondheidszorg Op Maat. Mijn naam is Angelique Houtveen.”